Rifkin is in de klassieke muziek wereld bekend geworden door zijn stelling
dat veel van Johann Sebastian Bach 's vocale muziek, met inbegrip van de Matthäus Passion, moet worden uitgevoerd met slechts één zanger per partij, een idee wat algemeen verworpen wordt door
zijn collega's wanneer hij dit voor het eerst presenteert in 1981. Maar toch, in de eenentwintigste eeuw wordt zijn idee alsnog zeer invloedrijk. De dirigent Andrew Parrott schrijft in het jaar
2000 een boek waarin hij het standpunt opnieuw beargumenteert. Als een appendix hierbij publiceert hij het originele betoog van Rifkin zoals hij dat presenteert bij the American Musical Society
in 1981, een presentatie die hij dan niet kan voltooien vanwege de sterk afkeurende reactie van het publiek. Maar gerespecteerde Bach kenners als Daniel Melamed en John Butt steunen zijn
opvattingen. Bovendien, Rifkin en Parrott zijn inmiddels niet langer de enige dirigenten met een dergelijke uitvoeringspraktijk. Onder de vroege-muziek-beoefenaars die zijn visie overnemen vinden we Paul McCreesh, Konrad Junghänel
en Jeffrey Thomas, evenals Sigiswald Kuijken en Eric Milnes, die beiden complete edities van de cantates opnemen.
Die Rifkin is overigens wel een bijzonder iemand bij wie zulke uiteenlopende
types als Judy Collins, the Beatles, P.D.Q. Bach en Marvin Hamlish samenkomen. Wat zegt Wikipedia, de vrije encyclopedie, over deze man?
Joshua Rifkin (geboren 22 april 1944 in New York) is een Amerikaans dirigent, keyboard-speler, en musicoloog. Bij het grote publiek wordt hij vooral bekend doordat hij een centrale rol speelt in
de ragtime-revival in de jaren ‘70 door de drie albums die hij opneemt met Scott Joplin muziek. De albums - die worden gepresenteerd als klassieke muziek - worden in de kritieken geprezen, ze
worden een commercieel succes en leidden ertoe dat andere kunstenaars het genre ragtime verder gaan verkennen. Het werk van Rifkin gaat onmiddellijk vooraf aan het opnemen van Joplin’s muziek
door Marvin Hamlisch in de film The Sting (1973). Rifkin heeft lesgegeven aan verschillende universiteiten, waaronder de Brandeis University (1970-1982), Harvard, Yale, en is momenteel docent op
de Boston University. Hij is bekend om zijn onderzoek op het gebied van renaissance- en barokmuziek. Eén van zijn algemeen aanvaarde bevindingen (1975) is dat Bachs Mattheus Passion voor het
eerst wordt uitgevoerd op Goede Vrijdag 1727, niet in 1729 zoals eerder wordt gedacht. En in een artikel gepubliceerd in het Bach-Jahrbuch in 2000, betoogt Rifkin dat het BWV 50 niet is
geschreven door Bach. In de jaren ‘60 maakt Rifkin arrangementen voor Judy Collins b.v. voor de albums ‘In My Life’ en ‘Wildflowers’. En hij maakt een opname met humoristische her-interpretaties
van muziek van Lennon en McCartney in de stijl van de 18de eeuwse muziek, bekend als het ‘Barock Beatles Book’, onlangs opnieuw uitgegeven op CD (EAD 028941725028). Als bijzonderheid kunnen we
nog melden dat Rifkin de countertenor solo zingt in de premiere uitvoering van de cantate ‘Iphigenia in Brooklyn’ van de componist P.D.Q. Bach (Peter Schickele).